Musée du Luxembourg was in de negentiende eeuw hét museum voor eigentijdse kunst in Parijs. Toen Vincent in mei 1873 voor het eerst in Parijs was, bezocht hij het museum meteen en was hij onder de indruk van het vele moois dat hij zag. Toen in 1875 in Parijs ging wonen, bezocht hij wekelijks het Musée du Luxembourg, onder andere met zijn huisgenoot en vriend Harry Gladwell. Aan hem liet Vincent al zijn lievelingsschilderijen zien, zoals Avond, Zegening van het koren en Het terugroepen van de arenleesters van Jules Breton, De kerk te Gréville van Jean-François Millet en Het meer in Ville d’Avray van Louis Cabat.
Toen Vincent in 1885 in het Brabantse Nuenen ver van alle kunst en musea woonde schreef hij zijn broer:
“Ik voeg hier nog bij dat ik soms wel eens heel erg verlangen kan de Louvre en Luxembourg eens terug te zien en dat ik de techniek en kleur van Millet, Delacroix, Corot en anderen, vroeger of later nog wel eens dien te bestudeeren.“ Lees de hele brief
Dat gebeurde ook. Zijn verlangen naar de Parijse musea werd bevredigd toen hij in februari 1886 opnieuw in de Franse hoofdstad ging wonen.
Tips & Aanvullingen